Uit de pro run
Waarom voelt een wedstrijd over tien kilometer heel anders dan een
trainingsloopje van dezelfde lengte? Doe je normaal bijna gedachteloos
je hardloopschoenen aan om vanuit huis een stukje te rennen, nu heb je
buikpijn, zweethandjes en moet je elke vijf minuten naar het toilet. De
wedstrijdspanning doet je hart sneller kloppen en zorgt ervoor dat je na
drie minuten inlopen al nat bent van het zweet. Waar is die mooie
balans?
Gaan voor het ‘echie’
Al die spanning zit
uiteraard in je hoofd. Je weet dat dit voor het ‘echie’ is. Er staan
geliefden langs de kant en iedereen kan tijdens het aanmoedigen zien
waar je al die maanden voor getraind hebt. En of je vooruit bent gegaan.
Je wilt indruk maken en dus ben je al dagenlang bezig met pasta
stapelen en de wedstrijd visualiseren. Je staat opgefokt aan de start en
je bent er helemaal klaar voor. Knetterhigh van de adrenaline.
Het stofje adrenaline kan
voor wonderen zorgen. Het doet je uit de startblokken schieten. Je
voeten roffelen als nooit tevoren over het asfalt. Maar zoals zo vaak in
het leven, een overdaad aan adrenaline is ook niet goed. Dat maakt
namelijk dat je lijf te graag wil. Je staat te stijf van de zenuwen en
kan daardoor nooit je ritme vinden. Je benen voelen als lood. Je schiet
inderdaad uit de startblokken, maar na twee kilometer hangt je tong al
op je schoenen. En god, wat is de finish dan nog ver.
Het is duidelijk. Die
wedstrijdspanning zit je op zo'n moment lelijk in de weg en zorgt dat je
niet op het juiste moment kunt pieken. Om echt een goede wedstrijd te
lopen zal je dus de juiste balans tussen spanning en ontspanning moeten
vinden.
Adrenaline en ritme
Waar is die balans?
Daar zijn natuurlijk wel een paar tips voor:
1 Ben je bang voor de afstand (haal ik die tien
kilometer wel?), zorg dan dat je tijdens je trainingsloopjes af en toe
een stuk verder loopt. Dan hoef je je daar geen zorgen meer om te maken.
2 Bedenk van tevoren goed hoe hard je wilt lopen.
Maak een schema per kilometer, koop een sporthorloge en houd iedere
kilometer je tijd in de gaten. Zo weet je precies of je gevoel klopt en
of je in het begin niet veel te hard gaat. Vooral als je voor het eerst
wedstrijden gaat lopen, is het goed om je hieraan te houden. Veel
sneller gaan kan verderop in je hardloopleven altijd nog.
3 Eet goed, drink goed, slaap goed. Zorg dat je in
de avonden voor de wedstrijden een gestructureerd schema aanhoudt. Elke
dag op dezelfde tijden eten en slapen. Zo zorg je voor een goede
nachtrust en verschijn je fit aan de start.
4 Loop lekker lang in en doe dan ook een paar
versnellingen. Zo ren je de ergste zenuwen uit je lijf en begin je wat
relaxter aan de race.
5 Je doet het voor je zelf. Echt. Je rent niet voor
anderen, je rent omdat je het zelf wilt. Laat je niet opnaaien, opfokken
of opjagen. Snoer pushende huisgenoten de mond. Als ze bijdehand gaan
doen, moeten ze zelf maar inschrijven voor een wedstrijd.
Zet ‘m op, geniet van de wedstrijd en besef dat na de finish alle pijn is vergeten en je ongestoord mag ontspannen op de bank.
Sebastiaan Timmermans